Je zou bijna denken dat je door een decor van een film loopt. Deze wandeling naar de Arcs de Saint-Pierre is nog geen 5 kilometer heen en terug. Maar in deze paar kilometer is veel te zien. Uiteraard de schitterende, zeer hoge gewelven zelf. Maar ook grotten met een mysterieus verleden en ruïnes van heel oude rotswoningen in een Gallo-Romeins dorpje.
Start wandeling Arcs de Saint-Pierre
De wandeling is een klein stukje van de Grande Randonnée 6, met de bekende rood-witte ‘vlaggetjes’.
Je loopt over de Causse Méjean, een kalksteenplateau op ongeveer 900 meter hoogte. Op de vlakte zijn hier en daar kleine dorpjes, maar vooral is er veel weidegrond en landbouwgrond.
De eigenaren van de grond waarover deze wandeling gaat, hebben het mogelijk gemaakt dat elk jaar heel veel mensen kunnen genieten van al het moois op deze paar kilometer. Waarvoor dank!
La Grande-Place: een ’theater’ met wonderlijke rotsen
Vanaf de parkeerplaats loop je richting een hek met een informatiebord. Het landweggetje gaat over in een gemakkelijk te belopen pad. Al snel kun je rechtsaf slaan, je verlaat dus even de GR6, en bereik je de eerste bijzondere plaats: een cirkelvormig plein met centraal een stevige zuil van een meter of tien. Door de rotsen eromheen krijg je het idee van een theater. In twee rotsen zijn openingen gesleten. Op een ervan kun je staan, altijd leuk voor een foto.
Men vermoedt dat La Grande-Place ooit een ondergronds netwerk was, dat is ingestort en waarvan dit de restanten zijn.
Grotte de la Baumelle
Loop 100 meter terug en sla rechtsaf. Na een kleine 200 meter kom je via een kort steil klimmetje uit bij Grotte de la Baumelle.
De grot heeft een grote ‘luifel’, met daaronder flinke brokken steen die naar beneden zijn gevallen. Je kan de 15 meter diepe grot inlopen. Aan het eind is nog een kleinere opening. Via deze opening kan je van deze heen-en-weerwandeling een gedeeltelijke rondwandeling maken. Daarover straks meer.
In Grotte de la Baumelle zijn heel oude sporen van bewoning gevonden. Nu wordt de grot nog steeds gebruikt als schuilplaats voor vee.
De lugubere vondst in Grotte de l’Homme Mort
Keer terug naar de GR6, dus voorbij de afslag naar La Grande-Place. Sla rechtsaf. Na een kleine 100 meter zie je de kleine ronde ingang van Grotte de l’Homme Mort.
In de grot zijn in de negentiende eeuw 50 menselijke skeletten gevonden. Ze dateren uit de Kopertijd en zijn ongeveer 4000 jaar oud.
Opmerkelijk is dat de meeste schedels doorboord zijn. En nog opmerkelijker: aan het genezingsproces van het bot is te zien dat de ‘slachtoffers’ de trepanatie hebben overleefd.
Rotswoningen in het Gallo-Romeinse dorpje Résiniers
Vervolg het pad zo’n 600 meter. Op een open plek staat aan je rechterhand een opvallende losse rots. Daarachter zijn de resten van een dorp uit de Gallo-Romeinese tijd, dus uit de eerste vijf eeuwen van onze jaartelling.
De resten van de woningen bestaan uit muurtjes die tegen de rotsen zijn gebouwd. Sommige gestapelde muurtjes zijn nog in redelijk goede staat, maar je vraagt je wel af voor hoelang dat nog het geval zal zijn.
In een ‘huis’ zijn inkepingen in de rotsen zichtbaar. Hierin werden de dakbalken gelegd.
De bewoners van het dorpje verzamelden hars uit de dennenbomen. De hars werd opgeslagen in urnen en getransporteerd naar Millau, waar het werd gebruikt om de pottenbakkersovens te verwarmen.
En dan… de enorme Arcs de Saint-Pierre
Iets meer dan 100 meter verder op de GR6 zie je de eerste van de Arcs de Saint-Pierre. Door hun enorme hoogte en breedte spreken de massieve stenen bogen tot de verbeelding. Hoe zijn ze ontstaan? Dat is niet helemaal zeker. Een theorie is dat ze het gevolg zijn van de getijden van een zee die die meer dan een miljoen jaar geleden de Causse Méjean bedekte. Hoe dan ook, loop door de fascinerende, enorm hoge bogen en waan je in het decor van een film.
De laatste Arc de Saint-Pierre ligt iets verhoogd en is van nature bijna een woning. De ’tafel’ en ‘banken’ eronder maakten het vast erg aantrekkelijk om hier te gaan wonen.
Dezelfde route terug
Wij kozen ervoor om op deze bloedhete dag in juli 2020 dezelfde route terug te lopen. Het is ook mogelijk om er een rondwandeling van te maken. Kijk hieronder voor meer informatie.
Praktische informatie over wandeling Arcs de Saint-Pierre
Start
Op de grote, gratis (2020) parkeerplaats 700 meter ten zuiden van Saint-Pierre-des-Tripiers.
Route
De wandeling naar de Arcs de Saint-Pierre volgt gedeeltelijk de route van Grande Randonnée 6, gemarkeerd met de bekende rood-witte ‘vlaggetjes’. Het pad zelf heeft een gele markering. Om alle bezienswaardigheden te zien, loop je hier en daar een zijpaadje in.
Moeilijkheid
De route is gemakkelijk te bewandelen, vaak over een zanderig pad. Er is een klein niet-noemenswaardig klimmetje. We hadden meer moeite met de hitte die dag, maar gelukkig loop je een groot deel in de schaduw van dennenbomen.
Lengte
Ongeveer 2,5 kilometer heen en dus ook weer 2,5 kilometer terug.
Hoogteverschil
Ongeveer 30 meter
Liever een rondwandeling?
Heb je geen zin om heen en terug dezelfde route te lopen? Er zijn twee rondwandelingen mogelijk.
NB Wij hebben deze rondwandelingen zelf niet gemaakt; de informatie komt van een gedetailleerde IGN-kaart.
Rondwandeling 1
Loop vanaf de Arcs verder over de GR6 en neem het zijpad naar rechts. Na iets meer dan een kilometer kom je op het weggetje uit dat naar Saint-Pierre-des-Tripiers gaat. Vandaaruit loop je, ook weer over de weg, via La Viale terug naar de parkeerplaats.
Rondwandeling 2
Loop terug naar Grotte de la Baumelle. Loop via de ‘achteruitgang’ naar het weggetje naar Saint-Pierre-des-Tripiers.
Meer doen in dit gebied?
Op de overzichtspagina van Gorges du Tarn en Gorges de la Jonte vind je 6 wandelingen en 2 mooie dorpen.
Extraatje
De Arcs de Saint-Pierre liggen vlakbij Saint-Pierre-des-Tripiers. Maak maar even een klein omweggetje als je er niet doorheen bent gereden. Aan de zuidkant van het dorp staat namelijk een prachtig kruis.
Het kruis is in 1980 in opdracht van de bewoners van Saint-Pierre-des-Tripiers gemaakt, en vertegenwoordigt hun activiteiten. Het stelt een herder met zijn kudde en een bundel rogge voor.